1. Wanneer merkte je verschil in mijn gedrag?
“Toen we een maand of twee officieel verkering hadden, vlak voor onze eerste vakantie samen, was je al wel gespannen, maar dat is logisch, als je voor het eerst echt op vakantie gaat. Het ei-incident* was een indicatie dat er echt iets mis was. Daarna was het hek snel van de dam. Maar eerlijk gezegd verwachtte ik al een soort van terugval sinds onze eerste date, waarin je heel open vertelde dat je in therapie was geweest voor je eetstoornis en je helemaal genezen was. Door de iets té opgewekte manier waarop je erover praatte, had ik juist het idee dat dit nog niet het geval was. Daardoor was ik minder verrast toen een nieuwe crisis zich aandiende.”

(*Het ei-incident: tijdens onze vakantie flipte ik volledig omdat mijn eitje te zacht gekookt was. Het voelde alsof de wereld verging, zo’n intens verdriet en uitzichtloos gevoel dat ik niet kon stoppen met huilen. Allemaal door een snot-ei…)

2. Wat was het meest frustrerende moment of soort gedrag?
“Soms was het lichtelijk frustrerend dat ik al zag wat de oplossing was, maar dat het geen zin had om die aan te dragen omdat je er nog niet aan toe was. Bijvoorbeeld de hulp van antidepressiva. Het leek mij al eerder een goede oplossing, maar ik heb het niet gestimuleerd omdat jij er nog niet aan toe was.”

“Ook toen je rust moest nemen maar vervolgens je volledige inrichting ging vervangen. Het was mij wel duidelijk dat je iets te fanatiek aan de bak ging, maar het was niet constructief om je proberen bij te sturen, ik wist dat het een noodgreep was om de realiteit niet onder ogen te hoeven zien. Pas toen je instortte en zelf inzag dat je te hard van stapel was gelopen, ben ik het gesprek aangegaan. De keren daarna kon ik aan dit moment refereren en herkende je het gedrag waardoor je beter in staat was om zelf in te grijpen.”

“De aanschaf van een puppy was een ander voorbeeld waarbij ik je vrijgelaten heb om zelf te ontdekken dat je op dat moment nog niet zo sterk was als je dacht en die beslissing geen gezonde situatie voor je opleverde. Het kostte ons beiden enorm veel energie maar je hebt er wel lering uit getrokken.”

3. Voelde je je machteloos over mijn verdriet of had je er soms genoeg van?
“Ik voelde me gedeeltelijk machteloos. Jij was uiteindelijk degene die eruit moest komen, dat kon ik niet voor je doen. Maar ik kon je er wel bij helpen, door je een schouder en een luisterend oor te bieden en je hoop en perspectief van buitenaf te geven. Het vergde veel geduld, maar omdat ik geloofde dat het op den duur goed zou komen, is het nooit een opgave geweest. Daarnaast was je voor rede vatbaar en wist ik gelukkig de juiste woorden te vinden die je hielpen weer de goede kant op te gaan. Soms ook door direct (lees: bot) te zijn, humor te gebruiken of door niet met je mee te lullen, waardoor je op een andere manier naar je situatie kon kijken.”

“En nee, er is nooit een moment geweest dat ik er genoeg van had. Ik had alle vertrouwen dat het weer goed zou komen en het werd stukje bij beetje beter. Ik wist vanaf het begin dat herstel lang kon gaan duren en met ups en downs zou gaan, iets wat jij meer door het proces hebt geleerd/aanvaard. Het leven heeft een donkere kant en die mag er net zo goed zijn als de lichte. Als je dat probeert te ontkennen of verdoezelen dan gaat het gisten en komt het twee keer zo hard terug op je bord.”

4. Kon ik goed uitleggen hoe ik me voelde en had je daar begrip voor?
“Ja, ik geloof het wel. Het was nooit echt anders dan wat ik van een depressie verwacht had. Je had rust nodig om weer zin in het leven te krijgen, maar daarbij zat je jezelf in de weg en dat was voor jou enorm frustrerend. Dus ik had alle begrip dat het jou niet snel genoeg ging, dat je soms geen energie had om iets te doen of dat kleine dingen je volledig van slag konden brengen. Ik begreep goed dat alles veel harder binnenkwam. Ik ben zelf nooit echt depressief geweest, maar wel dichtbij en kon me daardoor goed in jouw situatie inleven.” 

5. Wat deed je zelf om je balans te houden en niet meegesleurd te worden?
“Niks specifieks, daar was geen gevaar voor. Ik wist dat de verantwoordelijkheid voor het vinden van de weg terug uiteindelijk bij jou lag. Het hielp dat ik mijn eigen woning had, maar als we samen hadden gewoond had ik me op een andere manier teruggetrokken. Rust, ruimte en tijd zijn de beste remedie en ik voelde me niet schuldig als ik wel plezier in dingen had. Het was een vervelende situatie, voornamelijk voor jou, maar dat was geen reden voor mij om me net zo vreselijk te voelen; ik kon gelukkig genieten van de dingen die er wel waren.”

6. Heeft de depressie me veranderd?
“Je bent eerlijker naar jezelf geworden. Je weet je grenzen beter aan te geven en je laat je nu meer leiden door wat jij wil, in plaats van wat de wereld van je verwacht. Dat is allemaal positief. Minder positief is dat je weerstand verkleind is en je minder aan kunt. Hierdoor kan je wat minder spontaan of krachtig zijn dan voorheen. Zomaar twee dagen doortrekken op een festivalletje gaat niet meer, maar daar heb ik gelukkig ook niet zo’n behoefte aan.”

7. Wat is de belangrijkste les geweest uit de hele periode?
“Ik heb voor mijn gevoel niet veel geleerd, wel veel bevestiging gekregen. Het klopt dat je bij dit soort dingen geduld moet hebben en kleine, langzame stappen beter zijn dan grote snelle. En dat je beter vanuit liefde kunt kijken, dan vanuit gebrek. Ik wist hoe leuk je was, ook toen daar weinig van over bleef omdat je als een huilende hoopje snot in bed woonde. Maar ik keek naar de toekomst en hoe het weer kon zijn en dat hield ons beiden op de been. Alle ellende heeft jou en ons samen alleen maar sterker, en onze relatie daardoor mooier, gemaakt.”

Wat is voor jou de belangrijkste eye-opener in dit artikel? Leuk als je het ons deelt in de comments!