Ik was 32 toen ik ugly cryend bij een diëtiste op de stoel zat en deelde dat ik een obsessie met eten of eigenlijk niet eten had. Ik was al sinds mijn 12e op dieet en mijn leven bestond uit calorieën tellen. Na wat vragen van haar kant en nog meer snot en tranen van mijn kant kwam het hoge woord eruit: je hebt een eetstoornis. Ik schoot in de lach, zo erg was het echt niet! Ze gaf me een folder van een organisatie gespecialiseerd in de behandeling van eetstoornissen, vroeg me die te lezen en na het weekend terug te komen. Dat weekend veranderde mijn leven.
Het gaat niet om eten, het gaat om perfectionisme
Een eetstoornis is een samenloop van omstandigheden. Verschillende factoren spelen een rol in de ontwikkeling van een eetstoornis, zoals persoonlijkheid, opvoeding, cultuur, media en negatieve ervaringen waarbij vaak het element van controle verliezen een rol speelt. Eigenlijk zijn er geen regels wat de vorm of inhoud van een eetstoornis betreft; het komt bij mannen en vrouwen van alle leeftijden, rangen en standen voor en kan zich op veel verschillende manieren uiten. Maar wat ze allen overeenkomstig hebben is de grondlegger van eetproblematiek: perfectionisme. En perfectionisme is alles behalve perfect.
Mijn eetstoornis ging om controle
Mijn samenloop van omstandigheden waren hooggevoeligheid (waar niemand toen nog van gehoord had), seksueel misbruik en onwetendheid hoe hier mee om te gaan. Ik probeerde het rotgevoel van onmacht, angst en verdriet te vervangen met het fijne gevoel van eten. Maar omdat ik aan begon te komen, moest alles wat erin ging, er ook weer uit. En zo werd de euforie van eten en de opluchting van overgeven een standaard als ik me rot voelde. Mijn eetstoornis was een manier om controle te houden als emoties de overhand namen. Mijn manier van touwtjes in handen houden was controle over mijn gewicht hebben. De kick van de grens verleggen, een doel halen, resultaat zien door minder te eten. Geen honger betekende geen succes. Geen honger was geen controle. En dat 20 jaar lang.
Een overtuiging met de dood tot gevolg
Na dat confronterende gesprek en het besef dat ik hulp nodig had, besloot ik in therapie te gaan bij Human Concern. Ik leerde welke functionaliteit mijn eetstoornis had (controle) en waar de oorsprong lag (misbruik, het verlies van die controle) en op welke momenten die drang naar controle het sterkst was (niet kunnen verwerken van sterke emoties), maar ook dat ik dat misbruikte kind niet meer was. Dat ik een voorval niet kon veranderen, maar ik wel een keus had in hoe ik er mee omging. En dat het mechanisme in stand houden een keuze was ,omdat ik overtuigd was dat ik geen andere keuzes had. Helaas lijdt die overtuiging in sommige gevallen tot de dood…
Genezen kost tijd
Ik had geluk. Ik kon inzien dat ik andere keuzes had en heb die ook gemaakt. Maar het veranderen van zo’n hardnekkig patroon kostte enorm veel energie omdat ik de dwanghandelingen weliswaar niet meer uitvoerde, maar daarmee ook de uitlaatklep van mijn perfectionisme had weggenomen. Het ontmantelen van mijn perfectionisme had een burn-out en depressie nodig om aangepakt te kunnen worden. En nu, zeven jaar na dat gesprek met de diëtiste, kan eindelijk zeggen dat ik genezen ben, omdat ik de controle durf te verliezen en er op vertrouw dat de wereld niet vergaat. In tegendeel, mijn wereld is er alleen maar mooier op geworden!