De dagen vliegen voorbij met kinderen en werk. Tegen de tijd dat de avondspits geweest is en het jonge grut in bed ligt is het op z’n vroegst 20.00 uur. Dan is er tijd voor mezelf. Die tijd wil ik gebruiken om leuke dingen te doen. Bijpraten met mijn partner, foto’s bewerken, sporten, Netflix kijken, een boek lezen. Of er komen onverwacht vrienden op bezoek. Even kletsen, wijntje en voor je het weet is het middernacht. En dus ga ik standaard (te) laat naar bed en klaag ik dat ik moe ben, omdat ‘het tropenjaren’ zijn.

Slaapgebrek of slaap in overvloed

Maar is dat wel zo? Zijn het de tropenjaren? Of houd ik mezelf voor de gek?
Als er van alles dat je nodig hebt in de wereld voldoende is, dan moet dat ook gelden voor slaap. Blijkbaar maak ik er niet voldoende (of op de verkeerde manier) gebruik van. Tijd voor actie. Want echt vrolijk word ik niet van het slaapgebrek. Ik sleep mezelf regelmatig van de ene activiteit naar de andere, heb constant een kort lontje en het gevoel dat ik maar half bij ben. Ik verlang naar een uitgeslapen gevoel. Dus maakte ik de afgelopen weken vier afspraken met mezelf. Ik deel ze hier graag met jou.

  1. Op tijd naar bed? Zet een wekker! Toen ik dit idee voor het eerst hoorde, moest ik wel even lachen. Het is de wereld op z’n kop: de wekker zetten als je wil gaan slapen. Maar gek genoeg werkt het wel. Je denkt namelijk ’s ochtend al na over hoe laat je uiterlijk wil slapen ’s avonds. De wekker voelt echt als een stok achter de deur, omdat het een afspraak met mezelf is. Het hoeft niet iedere avond, maar ik merk zelf dat ik het vooral door de week bijna iedere avond doe.
  2. Smartphone uit de slaapkamer. Een inkopper. Ik weet het. Maar zeg eens eerlijk, hoe vaak lukt het jou om zonder telefoon naast je bed te slapen? Voor mij is het echt een verslaving. Omdat ik overdag weinig op mijn telefoon kijk, doe ik dat in de avond voordat ik ga slapen. Maar, wat een valkuil is dat. Gemiddeld drie kwartier scrol ik nog door diverse tijdlijnen en beantwoord ik berichten. Om vervolgens met actieve hersenen een poging tot slapen te doen. Hiermee stoppen vond (en vind) ik nog steeds lastig. Vooral omdat het een gewoonte is. Ik merk dat ik automatisch naar mijn nachtkastje grijp als ik in bed lig. Nog even dit, nog even dat. Om geen dingen te vergeten liggen er nu pen en papier. Net als vroeger.  Het werkt, want ik slaap sneller in. En ook het opstaan gaat een stuk beter zonder iPhone naast mijn bed.
  3. Leer NEE zeggen. Dit is voor mij een struikelblok: ‘nee zeggen’. Van nature ben ik een sociaal dier. Altijd in voor wat gezelligheid en ik vind het vanzelfsprekend om anderen te helpen. ‘Nee zeggen’ vind ik moeilijk. Mijn instinct zegt altijd ‘ja leuk!’. En daarom ben ik veel vaker dan gewenst ’s avonds laat nog in de weer: helpen op school, borrelen na het sporten, nog even napraten met de oppas, of toch nog die tweede Netflix aflevering kijken. Allemaal leuk, maar eigenlijk wil ik gewoon slapen. Deze video gaf mij inzichten over hoe ik gemakkelijker ‘nee’ kan zeggen. En dus meer slaaptijd kan creëren.
  4. Plan hersteltijd in. Omdat ik weet dat het niet haalbaar (wenselijk) is om iedere avond met de kippen op stok te gaan heb ik ‘hersteltijd’ opgenomen in mijn wekelijkse routine. Kort gezegd komt het er op neer dat ik een avond laat naar bed ga compenseren met twee avonden echt niets plannen en op tijd slapen: hersteltijd. Bij sporters is het niet meer dan normaal dat ze tussendoor even rust nemen. Waarom zou je bij een ‘normaal’ bestaan niet ook af en toe ruimte voor herstel nemen?

Hoewel ik pas een week bezig ben met bovengenoemde tips ervaar ik al direct meer rust in mijn lijf. Ik heb afspraken gemaakt met mezelf, voor mezelf. En dat voelt goed. De kringen onder mijn ogen lijken al kleiner. En vanavond? Lig ik er weer om 21.30 uur in.

Hoe ga jij om met je slaap?  Leuk als je het hieronder deelt!