Vijf. Van de Grand Canyon notabene.
Achteraf is alles verklaarbaar. Waarom ik al maanden tegen een burn-out leek aan te zitten. Waarom ik nergens nog plezier in beleefde. Waarom ik in Las Vegas een auto wilde huren, terwijl mijn rijbewijs in Nederland lag, zoals veel nog gewoon in Nederland lag. Waarom ik een nachtrit met de Greyhound richting Flagstaff maakte, nadat ik al een hele dag met mijn kapotte rolkoffer over de Strip had gezworven. Waarom ik om niemand meer gaf. Waarom ik niet eens mijn kinderen bij me in mijn buurt wilde. Waarom ik geen enkele emotie meer had. Waarom ik mezelf niet meer was, maar dat niet wist. Waarom ik niet boos werd door dit alles. Wanhopig. Of me zorgen maakte. Waarom ik maar vijf foto’s van de Grand Canyon had gemaakt.
Ik was niet ziek, laat mij met rust
Misschien heb je Alzheimer, zei mijn vriendin paniekerig nadat ik weer terug thuis was. Een burn-out? Een depressie anders? Misschien moet jij je mond houden, dacht ik. Zo erg was het. Ik wimpelde alles weg. Legde de schuld overal neer, behalve bij mezelf. Ik was niet ziek, ik had geen hulp nodig. Laat mij met rust.
Achteraf is het altijd makkelijk praten. De waarom zat in mijn hoofd. Drie tumoren waren het in eerste instantie, vijf bleken het er te zijn na de tweede MRI-scan. De grootste had een doorsnee van 6 cm. Het lijkt wel een mandarijn zei een assistent in opleiding. En die mandarijn drukte tegen het spraak-/taaldeel van mijn hersenen. Hoe bitter is de ironie als een tekstschrijver niet meer uit zijn woorden komt. Al die tijd al drukte het mijn emoties weg, liet het mijn benen ongewild trillen en schoppen, creëerde het spraakverwarring en geheugenverlies en uitval.
Het brein is een raadselachtig iets. Zet er letterlijk druk op en ik raak langzaam maar zeker al mijn emoties een voor een kwijt. Ik raakte mezelf kwijt. Mijn identiteit, alles waar ik voor sta in het leven. Niets had nog betekenis en langzaam maar zeker verdween ik. En het deed me niets. Ik stond erbij en keek ernaar, dat gevoel. Het gevolg was dat ik maandenlang eenzaam ronddobberde in een pikzwarte oceaan. Ik liet niemand meer toe. Als mijn arts mij voor de eerste operatie had verteld dat ik nog maar twee maanden te leven had, had mij dat niet geraakt. Zo ver weg was ik, mijn identiteit en mijn besef van de werkelijkheid waren opgeslokt door een tumor.
Op de bodem van de put
Ik lag op de bodem van de put. Dat ik dit opschrijf is een onderdeel van de worsteling omhoog. Een proces. Erover schrijven, maar ook het erover praten en mijn ervaringen met zoveel mogelijk mensen delen, tot aan de kassamedewerkers van de Plus toe. Over hoe wij als gezin met stappen vooruit en stappen terug toch een fikse afstand af hebben gelegd. De vele hindernissen en frustraties. De teruggekeerde emoties, de huilbuien. De kwetsbaarheid, het genadeloze schuldgevoel. De schaamte.
Angst en verdriet niet kunnen plaatsen
Had ik wel nog emoties gehad, dan was ik ongetwijfeld woedend geweest. Maar ik was niet onder de indruk, niet gefrustreerd of verdrietig. Ik was uiteindelijk niets meer. Wat volgde waren in totaal drie operaties en een nieuw schedeldeel dat zo groot was dat ik twee handen nodig heb om aan te geven hoe groot. De onzekerheden. De vraag of ik mijn emoties ooit weer terug zou krijgen. Het wachten op het telefoontje van de chirurg. De opluchting toen zij na 9 uur belde met goed nieuws.
We hadden geen idee hoe de weg terug vervolgens eruit zou zien. Hoe lang het zou gaan duren. Welke hindernissen we onderweg tegen zouden komen of wat het met ons zou doen. Het werd een life-event en een reis die ik graag op de site van 365 Dagen Succesvol wil delen. De emotionele impact op het gezin, de angsten, de onzekerheid, het overgeleverd zijn en de kwetsbaarheid. Hoe vaker ik het deel, hoe beter ik het leer begrijpen.